In 1859 kon de bevolking van New York naar een tentoonstelling die bestond uit slechts één schilderij: een landschap van 3,5 meter breed. Het was gemaakt door Frederic Edwin Church, die op deze manier de mensen meenam naar de imposante natuur van de Andes in Zuid Amerika. Een klein detail op het schilderij: een houten kruis, ergens op een paadje tussen al het groen, als symbool van goddelijke aanwezigheid in de natuur.
Dit is slechts één voorbeeld van de kunstwerken die Kick Bras ons liet zien in zijn lezing ‘Het bezielde landschap’. Een belangrijk deel van wat hij liet zien is ruim een eeuw geleden gemaakt, rond 1900. De gedachte achter veel van deze kunstwerken is heel actueel. We leven in een tijd van materialisme, van sociale en geestelijke ontworteling. Onze omgeving is stedelijk en materialistisch. De aarde wordt stukje bij beetje verwoest en we hebben er te weinig verbinding mee. Daar tegenover zetten schilders de rijkdom en schoonheid van de natuur: ontzagwekkende bergen, spiegelend water, betoverende luchten.
De meeste schilders hadden geen symbool als een kruis nodig om uit te drukken dat de wereld bezield is. Het landschap zelf laat het zien. Daarin zit veel schoonheid, maar het kan ook angstaanjagend zijn. Interessant is daarbij het standpunt van de toeschouwer in een schilderij. De kunstenaars speelden daarmee, om de kijker zo goed mogelijk te laten beleven wat ze in hun werk wilden uitdrukken. In beelden probeerden zij over te brengen waar woorden tekort schieten: hoe hemel en aarde zijn verbonden.
Wie aanwezig was op 30 maart heeft een boeiende middag beleefd. Wie het gemist heeft, of het allemaal nog eens wil bekijken, kan het boek van Kick Bras kopen, ‘Het bezielde landschap’.